Als het om relaties tussen (literaire) teksten gaat, zijn er in de literatuurwetenschap sinds de jaren zeventig twee richtingen te onderscheiden. In navolging van Michael Bachtin en Julia Kristeva wordt het begrip ‘intertextualiteit’ heel breed opgevat en beschrijft het een algemene eigenschap van alle teksten. De tweede richting daarentegen onderzoekt (o.a. Ulrich Broich/Manfred Pfister, H.F. Plett) aantoonbare, concrete relaties tussen teksten.
In dit college wordt op de ontwikkeling van de intertextualiteitstheorie ingegaan en worden concrete tekstuele verbanden met andere teksten enkele romans van de Oostenrijkse schrijfster Marlene Streeruwitz op hun waarde en functie onderzocht.
Rooster
1e semester, blok 1
Onderwijsvorm
Werkcollege
Leerdoelen
Studenten krijgen inzicht in en verwerven kennis van relevante intertextualiteitstheorieën; studenten krijgen inzicht in en verwerven kennis van de besproken werken van Marlene Streeruwitz; studenten zijn in staat hun verworven kennis en inzicht bij de concrete tekstanalyse in te zetten.
Literatuur
Jörg Helbig: Intertextualität und Markierung. Heidelberg 1997;
Marlene Streeruwitz: Lisa’s Liebe. Roman. Frankfurt/M. 1997; Nachwelt. Ein Reisebericht. Roman. Frankfurt/M. 1999; Jessica, 30. Roman. Drei Kapitel. Frankfurt/M. 2004;
Verdere literatuur wordt ter beschikking gesteld
Toetsing
Mondeling referaat (20%) en schriftelijk werkstuk (80%).
Informatie
Overzicht
Intertextualiteit; tekstanalyse; literatuurtheorie, interpretatie; Marlene Streeruwitz; theater, prosa; genres.